Het hightech file-informatiesysteem, de Nationale Databank Wegverkeersgegevens
(NDW), ligt plat. Pas op 1 september kunnen de gebruikers weer gebruik maken
van het systeem.
Databank met verkeersgegevens
Minister van Verkeer en Waterstaat Camiel Eurlings onthulde op 6 juli de NDW.
Een databank waarin alle belangrijke verkeersgegevens worden verzameld en
vervolgens worden doorgegeven aan de gebruikers. De belangrijkste daarvan
zijn de ANWB en de Verkeers Informatie Dienst (VID), die de data omzetten in
file-informatie voor automobilisten.
Door meer gegevens en betrouwbaardere informatie kunnen automobilisten sneller
zien waar de files staan, niet alleen op het hoofdwegennet, maar ook op
N-wegen. Dit moet het gemakkelijker maken om verkeersopstoppingen te
vermijden. Op termijn hoopt Eurlings de files met 10 procent te laten
afnemen door het systeem.
Lussen en camera’s
Over het hele Nederlandse wegennet worden lussen gelegd en camera’s geplaatst
die het verkeer in de gaten houden. De gemeten gegevens worden meteen
doorgestuurd naar de databank. Hierdoor is de automobilist veel sneller en
nauwkeuriger op de hoogte van files dan nu het geval is.
Nu nog is een klein gedeelte van het wegennet gedekt, maar in 2012 moeten 5500
kilometer permanent in de gaten gehouden worden. In de jaren erna moet dit
naar 10.000 kilometer, zo’n 80 à 90 procent van het Nederlandse wegdek.
Brief met alleen maar punten en komma's
Maar met de data die het systeem nu oplevert, kunnen de gebruikers niet uit
de voeten. Volgens een woordvoerder van de VID is het onmogelijk om de
informatie te interpreteren. "Het is alsof je een brief krijgt met
alleen maar punten en komma's erin en je ook niet weet wanneer de brief
verstuurd is."
De ANWB onderschrijft dit: "We krijgen ruwe data binnen die wij moeten
omzetten in file-informatie. Maar de standaarden veranderen. Wij willen best
automatiseerders inhuren om de gegevens te vertalen, maar dan moet het wel
uniforme data zijn. Nu is het alsof je een huis bouwt op een moeras. Je
blijft bezig", aldus de woordvoerder.
Helemaal uit de lucht
De bedrijven ontvingen maandag 20 juli een brief van Verkeer en Waterstaat
waarin stond dat er vanaf 17 juli helemaal geen data meer verstuurd wordt.
Bedoeling is om de databank zo in te richten dat de informatie wel goed
aankomt. De NDW-organisatie verwacht 1 september weer operationeel te zijn.
"We hoopten vanaf 1 juli in het systeem te kunnen, zo werd het ook
gelanceerd door de minister. Maar we konden er niets mee. We hebben tien
keer heen en weer gebeld, dat het nu echt goed moest zijn, maar het bleef
een drama. Tot ze er helemaal de stekker uit hebben getrokken", aldus
de VID-woordvoerder.
Wat eraan mankeert
Wat er precies mis is met de databank, wil NDW niet bekend maken. De
instelling geeft geen commentaar. CSC, het bedrijf dat de databank heeft
gebouwd, meldt dat het systeem zich momenteel "in de inrichtingsfase
bevindt". Voor verder commentaar verwijst de woordvoerder door naar het
NDW. Pikant detail is dat CSC genomineerd is voor een Computable-award voor
het bouwen van de database.
De automobilist merkt ondertussen weinig van de problemen. "We kregen over nog
maar een klein gedeelte van het wegennet NDW-data. En dat zijn de wegen
waarover we nu toch al informatie binnenkrijgen", aldus de ANWB.
Druppel op een gloeiende plaat
Volgens Henk Meurs, hoogleraar mobiliteit aan de Radbout Universiteit in
Nijmegen, gaat de NDW geen radicale verandering teweeg brengen in de
hoeveelheid fileleed: "Op de korte termijn kan de overheid op drie
sporen inzetten. Allereerst het beter benutten van de bestaande
infrastructuur, dat is wat ze met NDW doen. Daarnaast kan de overheid het
wegennet uitbreiden en het rijden in de spits ontmoedigen door middel van
rekeningrijden. Maar daar ga je het niet mee redden."
Volgens Meurs moet er voor een oplossing van het fileprobleem verder gekeken
worden dan alleen naar het ministerie van Verkeer en Waterstaat: "Je
zou kunnen zeggen dat zij de rekening gepresenteerd krijgen van het beleid
van andere ministeries. Mensen staan in de file omdat ze allemaal op
hetzelfde moment thuis willen zijn, en omdat iedereen op een andere plek
woont dan waar hij werkt. 60 Procent van de Nederlanders krijgt zijn
reiskosten vergoed, dan is er toch geen reden om dichter bij je werk te gaan
wonen?"
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl